Op donderdag 9 december vond het introductieseminar ‘ISO 26000: Zet goede bedoelingen om in goede acties’ plaats in het World Forum te Den Haag. De dag stond in het teken van de lancering van de nieuwe MVO richtlijn ISO 26000, waarvan de Nederlandse vertaling: NEN-ISO 26000:2010 Richtlijn voor maatschappelijke verantwoordelijkheid van organisaties, werd overhandigd aan Renée Bergkamp de directeur-generaal van Ondernemen en Innovatie bij EL&I.
Onder leiding van de enthousiaste dagvoorzitter Marga van Praag werd het nieuwsgierige publiek dat onder meer bestond uit bedrijven, consultants en NGO’s een informatief programma voorgeschoteld. De richtlijn werd geïntroduceerd door Ingeborg Boon, secretaris Normcommissie MVO, gevolgd door een presentatie van Willem Lageweg, directeur van MVO Nederland.
Willem Lageweg sprak over de reputatie die Nederland heeft als koploper van MVO, maar was van mening dat deze nog zeker niet op alle gebieden geldt, waardoor er nog veel stappen gezet dienen te worden. Renée Bergkamp (EL&I) vond dat Nederland toch zeker wel als koploper gezien mag worden.
Zij was bovendien erg te spreken over de nieuwe ISO richtlijn als ‘echte aanvulling’ op de al bestaande initiatieven zoals de OESO Richtlijnen.
Ook Hans Kröder (Learn2Improve) was zeer enthousiast over ISO 26000 en noemt het een prachtige richtlijn die meer waarde toevoegt dan hij had durven dromen. Met deze woorden introduceerde hij de verschillende bedrijven die hun ervaringen met de richtlijn presenteerden. De bedrijven Nijhuis Pompen, Alliander, Dijkhuis Aannemersbedrijf, Bavaria, Mondial Movers, Ahrend, PWN en CSU Total Care gaven toelichting aan de hand van praktijkvoorbeelden. Hieruit bleek dat MVO binnen Nederland meestal sneller vorm krijgt dan internationaal. Dat laatste bleek bijvoorbeeld bij Bavaria, die bier naar 125 landen exporteert, maar waarbij ketenverantwoordelijkheid volgens eigen zeggen nog in de kinderschoenen staat. Dit komt waarschijnlijk ook omdat de bedrijven nog maar kort bezig zijn met de implementatie van de richtlijn. Er is dus nog een ‘wereld te winnen’.
Volgens Jan van Wijngaarden (EL&I) moet MVO vooral vanuit eigen betrokkenheid komen en niet (alleen) omdat ‘het loont’. Een bedrijf kan schendingen van mensenrechten namelijk niet verdedigen met het argument dat het niet loonde om hier iets aan te doen. Vertegenwoordiger van het MVO Platform, Gerard Oonk, benadrukte dat in ISO 26000 internationale normen boven nationale wetten gaan, tenminste als deze strijdig zijn. Het is bijzonder dat zoveel landen en andere
betrokkenen (werkgevers, vakbonden, NGO’s etc.) daarmee in stemmen.
Tijdens de hele dag werd er benadrukt dat ISO 26000 wereldwijd de moeite waard is en dat het als dé MVO kapstok kan dienen voor veel bedrijven en andere organisaties. De vaak al bestaande activiteiten op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen in een bedrijf kunnen aan deze kapstok worden opgehangen. Vervolgens kan er in de spiegel gekeken worden welke ISO elementen nog niet zijn meegenomen en daarmee verder worden gewerkt. Het is ‘niet zo moeilijk als het lijkt’ werd er regelmatig gezegd over het document van toch zo’n 140 pagina’s.
Daarnaast werd duidelijk dat stakeholders belangrijke actoren zijn bij de implementatie van ISO 26000. Het vroegtijdig betrekken van de stakeholders bij de MVO-plannen en goede communicatie kan er voor zorgen dat de organisatie goed samenwerkt met haar belanghebbenden en dat dit goede resultaten oplevert voor het bedrijf.
Er werd tevens benadrukt dat MVO en ISO 26000 nooit statisch is, maar een proces en de implementatie ervan maatwerk. Geen bedrijf is hetzelfde waardoor er per bedrijf gekeken moet worden naar de te volgen stappen.
Ondanks de vrijwillige status van ISO 26000 is er een maatschappelijke behoefte ontstaan voor erkenning van het gebruik van deze richtlijn. NEN heeft in een werkgroep de zelfverklaring ontwikkeld die recht moet doen aan de intentie van ISO 26000 en geen uitspraken doet over conformiteit met ISO
26000. Wél kunnen bedrijven aantonen hoe zij ISO 26000 toepassen. Het doel is ISO 26000 te combineren met een laagdrempelige, niet afvinkbare bewijsvoering die creativiteit stimuleert. NEN hoopt met deze zelfverklaring de kwaliteit van MVO te bevorderen én organisaties de kans te geven te
laten zien wat zij doen.
Het was een dag met een positieve boodschap, vertrouwen in de nieuwe richtlijn en inspiratie om hiermee aan de slag te gaan.
Meer weten, ga naar de website van NEN