Nederlandse multinationals moeten in China meer aandacht besteden aan de rechten van inleenkrachten en werknemers bij toeleveranciers. Dat heeft FNV-topman Henk van der Kolk zaterdag (op de FNV-conferentie 'Made in China') bepleit.
Henk van der Kolk, voorzitter van FNV Bondgenoten, riep zaterdag in Amsterdam het Nederlandse bedrijfsleven op samen met de vakbeweging afspraken te maken over de manier waarop de positie van de inleenkrachten bij toeleveranciers verbeterd kan worden.
Toezicht op de naleving van de afspraken zou door onafhankelijke externe partijen moeten worden gedaan, en niet door de multinationals zelf, aldus de FNV-bestuurder. Evenals andere buitenlandse in China actieve bedrijven huren ook veel Nederlandse ondernemingen een groot deel van hun personeel in via agenten, een soort uitzendbureaus, zegt de vakbond.
Bovengemiddeld
Vakcentrale FNV constateert dat multinationals als Akzo Nobel, Unilever en Philips het goed doen in China wat betreft de arbeidsomstandigheden voor het vaste personeel in hun eigen fabrieken. 'In veel gevallen zelfs beter dan gemiddeld', oordeelde van der Kolk op een door de FNV zelf georganiseerde China-bijeenkomst.
Maar voor flexwerkers en werknemers bij toeleveranciers zijn de omstandigheden veel slechter. 'Voor deze groepen werknemers gelden vaak andere, veel slechtere regelingen en voorwaarden. Ze hebben langere werkdagen, minder loon, mindere arbeidsomstandigheden en minder werkzekerheid. Ze vallen nu buiten de aandacht en de zorg van de mutinationals', aldus de vakbondsman.
Geen harde toezeggingen
FNV-voorzitter Agnes Jongerius verklaarde dat in China ieder jaar vele duizenden dodelijke arbeidsongevallen em zestigduizend gewelddadige werknemersopstanden zijn. Van der Kolk zou graag zien dat Nederlandse multinationals zich ook bekommeren om de positie van inleenkrachten en de werknemers bij de toeleveranciers, zodat andere multinationals daaraan een voorbeeld nemen.
Winand Quaedvlieg, lid van de commissie van multinationale ondernemingen van werkgeversorganisatie VNO-NCW, kon geen harde toezeggingen doen. Wel wil hij een 'constructieve dialoog'over genoemde thema's aangaan. 'Maar concrete afspraken moeten met de bedrijven worden gemaakt; op dat punt kan ik niet voor hen praten.'
Quaedvlieg vertegenwoordigde ook Unilever, Philips, en Akzo Nobel. Zij hadden geen mensen laten deelnemen aan het congres uit ergernis over opgermerkingen van Jongerius. Zij had het gedrag van de multinationals in China 'schandalig' genoemd, een verwijzing naar een grote bedrijvenlobby tegen een nieuwe Chinese arbeidswet.
Het Financieele Dagblad, 5 maart 2007