Het MVO Platform vraagt de Nederlandse overheid om bedrijven op te roepen tot verantwoord ketenbeheer, ook tijdens de coronacrisis. Bedrijven wereldwijd zijn zwaar geraakt door de crisis en spelen tegelijkertijd een cruciale rol in het zoveel mogelijk beperken van de negatieve gevolgen op de meest kwetsbare mensen in productieketens. Minister Kaag heeft dan ook terecht aangegeven dat maatschappelijk verantwoord ondernemen en verantwoordelijke wereldhandel ook nu van groot belang zijn.
De Nederlandse overheid dient een belangrijk signaal af te geven door bedrijven op te roepen om ook nu de OESO-richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen na te leven en verantwoord om te gaan met de gevolgen van de huidige situatie op hun ketens. De overheid kan deze oproep onder meer doen via de bedrijven en brancheorganisaties die betrokken zijn bij de IMVO-convenanten en bedrijven die steun hebben ontvangen voor internationale handelsactiviteiten. De overheid kan bedrijven ook voorlichten over, en waar nodig steun bieden bij, het beperken van de impact van de crisis op arbeiders, boeren en hun gezinnen. Ook dient het naleven van MVO-normen een voorwaarde te zijn bij het verstrekken van de steunpakketten die nu aan bedrijven worden verleend.
De coronacrisis heeft een immense impact op het bedrijfsleven, hun werknemers en de mensen in hun productieketens. Om de gevolgen van de crisis op te vangen gaan bedrijven onder meer over tot het annuleren van orders, uitstellen van betalingen en snijden in personeelskosten. Dit heeft grote gevolgen voor arbeiders en boeren in de ketens van die bedrijven, die daardoor hun baan en inkomen verliezen, vaak in landen met veel minder goede sociale vangnetten en volksgezondheidssystemen dan in Nederland. In Bangladesh alleen al zijn meer dan een miljoen fabrieksarbeiders ontslagen of met onbetaald verlof gestuurd als gevolg van de grootschalige annulering van orders door modebedrijven, vaak zonder compensatie voor leveranciers. Tienduizenden sierteeltarbeiders in onder meer Kenia, Ecuador en Ethiopië lopen het risico hun baan te verliezen door de ingestorte wereldhandel. Miljoenen migrantenarbeiders in onder andere de kleding- en natuursteensectoren in India hebben momenteel geen inkomen, voedsel of onderdak als gevolg van de coronamaatregelen.
Ook in crisistijden dienen bedrijven verantwoord te werk te gaan, in lijn met de OESO-richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen. Dat betekent onder meer dat bedrijven rekening dienen te houden met de gevolgen van hun beslissingen op leveranciers en hun medewerkers, bijvoorbeeld door lopende orders te respecteren, leveranciers te ondersteunen bij het in dienst houden en doorbetalen van personeel en flexibel om te gaan met contractuele afspraken over bijvoorbeeld levertijden. Sommige bedrijven laten al zien dat dit mogelijk is, bijvoorbeeld door leveranciers te blijven betalen voor geplaatste opdrachten of door boeren en werknemers voor te lichten over Covid-19.
Juist in tijden van crisis kunnen bedrijven laten zien wat het betekent om op een verantwoorde en solidaire manier te werk gaan, ook richting de arbeiders en boeren in hun toeleveringsketens. De crisis laat ook het belang van verantwoord ondernemen op de langere termijn zien, zowel met betrekking tot het voorkomen van pandemieën (bijvoorbeeld door het tegengaan van ontbossing) als het beperken van de gevolgen daarvan (bijvoorbeeld door het opbouwen van duurzame en eerlijke ketenrelaties). De Nederlandse overheid kan daarbij de juiste richting aangeven door bedrijven op te roepen tot maatschappelijk verantwoord ondernemen, tijdens én na de crisis.