Het MVO Platform is verheugd dat het kabinet zich uitspreekt voor de invoering van brede wetgeving voor verantwoord en duurzaam ondernemen. Het is zeer positief dat het kabinet deze wetgeving ziet ‘als kernelement van het nieuwe beleid’, zoals geschetst in de nota ‘Van Voorlichten tot Verplichten. Een nieuwe impuls voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemerschap’. Tegelijkertijd roept het MVO Platform het kabinet op om niet stil te zitten in afwachting van eventueel MVO-beleid van de Europese Commissie, maar om juist ondertussen in Nederland ook aan de slag te gaan.
Het MVO Platform pleit al jaren voor wetgeving voor maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) in Nederland. De steun hiervoor is groot: werkgeversorganisaties en vakbonden hebben zich via het SER-advies ‘Samen naar Duurzame Ketenimpact’ uitgesproken voor de invoering van MVO-wetgeving. Het netwerk MVO Nederland, dat bestaat uit meer dan 2.000 bedrijven, evenals een groep van 50 bedrijven in Nederland deden eerder oproepen aan minister Kaag om werk te maken van MVO-wetgeving. In oktober werd het Initiatief Duurzaam en Verantwoord Ondernemen (IDVO) gelanceerd, waarin een coalitie van inmiddels 57 bedrijven, dertig maatschappelijke organisaties en vakbonden, verschillende hoogleraren en religieuze instanties oproepen tot de invoering van bindende regels voor duurzaam en verantwoord ondernemen in Nederland.
Wachten op Europa
Toch stelt het kabinet de invoering van wetgeving onnodig uit. Ondanks het brede draagvlak en momentum voor wetgeving kiest het kabinet vooral voor het afwachten van eventueel MVO-beleid van de Europese Commissie: nog onduidelijk is of er overeenstemming bestaat tussen de 27 EU-lidstaten over eventuele Europese regelgeving, wat de inhoud van deze regels zou zijn en of dit voldoet aan het Nederlandse ambitieniveau. Ook duren Europese wetgevingstrajecten doorgaans erg lang. Door bijna uitsluitend op de Europese Commissie te vertrouwen, laat het kabinet kostbare tijd om de urgente mensenrechtenschendingen en milieuschendingen in ketens aan te pakken verloren gaan. In feite schuift de minister de verantwoordelijkheid door naar Europa en een volgend kabinet.
Leiderschap en ambitie
Wil Nederland leiderschap en ambitie tonen in Europa, dan moet minister Kaag écht werk maken van verantwoord en duurzaam ondernemen. Dat kan ook, gezien het momentum voor de invoering van wetgeving in Nederland: het voorwerk is met het project ‘IMVO-maatregelen in perspectief’ van het ministerie van Buitenlandse Zaken al gedaan en de Wet Zorgplicht Kinderarbeid is in mei 2019 aangenomen door de Eerste Kamer. Bovendien moet Nederland een eventuele EU-Richtlijn voor MVO toch al omzetten in het Nederlands recht, dus kan het kabinet met MVO-wetgeving op basis van de internationaal erkende OESO-richtlijnen hierop al voorsorteren. Duitsland en Finland kiezen er juist wel voor om nationale wetgeving te ontwikkelen als opstap naar Europese regelgeving; in Frankrijk bestaat MVO-wetgeving al sinds 2017.
Het MVO Platform roept de Tweede Kamer op om niet langer te treuzelen en voortvarend aan de slag te gaan met bindende regels voor duurzaam en verantwoord ondernemen in Nederland. De Kamer en het kabinet dienen werk te maken van de behandeling van de initiatiefnota ‘Tegen Moderne Slavernij en Uitbuiting‘ en het ontwikkelen van een wetsvoorstel voor maatschappelijk verantwoord ondernemen. Op die manier gaat Nederland voortvarend aan de slag met het aanpakken van misstanden in wereldwijde productieketens, als opstap naar ambitieuze regels in Europa.