CDA-kamerleden Ferrier en Haverkamp hebben op 11 juni Kamervragen gesteld aan de minister van Buitenlandse Zaken over mogelijke betrokkenheid van de Zweedse oliemaatschappij Lundin bij mensenrechtenschendingen in Soedan.
De vragen komen na de publicatie van het rapport ‘Unpaid Debt’ door de European Coaliton on Oil in Sudan (ECOS), een NGO-coalitie waar onder andere IKV Pax Christi deelnemer aan is.
Het Zweedse bedrijf Lundin leidde van 1997 tot 2003 een consortium van oliebedrijven in Soedan. ECOS zegt bewijzen te hebben dat Lundin hulp verschafte aan de milities die zich schuldig maakten aan misdaden. Uit satellietbeelden zou blijken dat voor een weg die Lundin liet aanleggen veel dorpen met geweld zijn ontruimd en mensen ontheemd zijn geraakt.
Lundin heeft tijdens de burgeroorlog olie gezocht en gevonden in ‘Block 5A’. Daarmee bracht het in 1998 de oorlog naar dit gebied. Uiteindelijk zijn naar schatting 160.000 mensen op de vlucht gedreven en kostte de oorlog om controle van dit olieblok naar schatting 12.000 mensen het leven.
Lundin, voerde zijn Soedanese operaties uit via een Nederlandse BV en heeft met de in Soedan verdiende miljoenen dollars aan inkomsten belangen in de Nederlandse olie- en gasindustrie kunnen opbouwen. Volgens ECOS zou de Nederlandse regering zich moeten afvragen of dat in overeenstemming is met haar beleid op het gebied van de mensenrechten en maatschappelijk verantwoord ondernemen, aldus ECOS in het rapport.
ECOS pleit voor een onderzoek naar de rol van het olieconsortium in het conflict en naar de betrokkenheid van het consortium bij oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid.
Ga voor het rapport en meer informatie naar de website van ECOS.
