De OESO-richtlijnen en de UNGP’s vragen van bedrijven om due diligence toe te passen om risico’s in hun keten op te lossen en te voorkomen. Duurzaamheidscertificering (of ‘keurmerken’) heeft een steeds belangrijkere plek ingenomen in het MVO-debat en het beleid van veel bedrijven voor maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Hoe verhoudt het gebruik van certificeringssystemen zich nu tot due diligence?

De belangrijkste internationale MVO-normen, de OESO-richtlijnen en de UNGP’s, vragen van bedrijven om due diligence toe te passen, om zo proactief risico’s in hun keten in kaart te brengen, te voorkomen en te verminderen en hierover verantwoording af te leggen. Due diligence is de verantwoordelijkheid van bedrijven en begint bij het aanpassen van de eigen bedrijfsvoering en het eigen gedrag.

Certificering kan, afhankelijk van de criteria en de kwaliteit van het systeem, een belangrijk instrument voor bedrijven zijn om duurzaamheidsrisico’s in hun (vaak complexe) ketens in kaart te brengen, duurzame ontwikkeling te bevorderen, risico’s op mensenrechtenschendingen te verminderen en voorkomen, en stakeholderbetrokkenheid te creëren. Certificering kan echter nooit de individuele due diligence-verplichting van bedrijven vervangen. Lees hieronder een samenvatting van de visie van het MVO Platform.

Wat is certificering?

Een product of bedrijf is gecertificeerd wanneer het voldoet aan een set criteria die gelden in het betreffende certificeringssysteem. Dit wordt gecontroleerd door middel van een periodieke audit. Auditrapporten geven aan in welke mate een bedrijf voldoet aan de standaard en welke acties binnen een bepaalde termijn ondernomen moeten worden om gesignaleerde afwijkingen aan te pakken. Certificeringssystemen zijn doorgaans private, vrijwillige initiatieven, die zijn ontwikkeld door bedrijven, de sector of multistakeholderorganisaties.

Er zijn grote onderlinge kwaliteitsverschillen tussen certificeringsystemen en dat maakt het lastig om hierover in zijn algemeenheid iets te zeggen. Die kwaliteitsverschillen worden onder meer bepaald door de beheerder, reikwijdte, transparantie en exacte criteria van de standaard en de frequentie, kwaliteit en onafhankelijkheid van de bijbehorende audits. Deze verschillen bepalen mede in hoeverre een bepaald systeem een nuttig en betrouwbaar instrument kan zijn in het due diligence-proces van bedrijven.

Certificering en due diligence

Hieronder wordt kort omschreven hoe certificering zich verhoudt tot de belangrijkste elementen van due diligence.

Risico’s

Due diligence betekent dat bedrijven doorlopend een analyse maken van álle risico’s op negatieve impact in hun keten. Hierbij wordt er continu aan verbetering gewerkt. Certificeringssystemen dekken vaak niet alle risico’s en zijn vaak niet gericht op het opsporen van onbekende risico’s. Auditrapporten, het contact met stakeholders en de expertise over de ketens kunnen wel belangrijke inzichten bieden in het due diligence-proces.

Ketens

Due diligence gaat over de verantwoordelijkheid van bedrijven in de gehele keten en over de gehele bedrijfsvoering. Dat betekent dat due diligence wordt uitgevoerd voor alle ketens, inclusief de tussenliggende schakels en de primaire producenten. Certificeringssystemen gaan vaak niet verder dan de eerste toeleverancier of juist de primaire producent. Daarnaast zijn certificeringssystemen vaak slechts beschikbaar voor bepaalde producten of ingrediënten, waardoor ze niet alle ketens van een bedrijf dekken.

Samenwerking

Due diligence vraagt van bedrijven om waar nodig samenwerking aan te gaan voor het aanpakken en voorkomen van risico’s. Auditdata van certificeringssystemen zijn vaak van de producent zelf en kunnen vaak niet zonder toestemming in detail worden gedeeld. Ook spreken certificeringssystemen zich vaak niet uit over ketenrelaties. Dit draagt eraan bij dat bedrijven alleen naar hun eigen handelen kijken en zo kansen missen om samen met andere bedrijven en organisaties risico’s aan te pakken. Sommige certificeringssystemen richten zich inmiddels ook op een gezamenlijke aanpak voor bepaalde complexe problemen, zoals ontbossing en kinderarbeid.

Continuïteit

Due diligence is een continu proces dat vraagt om voortdurende inspanning van bedrijven om proactief concrete acties te ondernemen om negatieve impact te voorkomen. De meeste certificeringssystemen werken met momentopnames, zoals audits en checklists. Daardoor zijn ze reactief en wordt negatieve impact vaak pas achteraf gesignaleerd. Wel zijn er inmiddels certificeringssystemen die stappen maken richting meer continuïteit.

Transparantie

Een belangrijk onderdeel van due diligence is dat bedrijven publiekelijk communiceren over hun beleid en hoe ze aan de slag gaan om risico’s in hun keten aan te pakken en te voorkomen. Certificeringssystemen voorzien niet in publieke informatie over inspanningen van bedrijven noch over de prestaties van hun specifieke toeleveranciers. Auditrapporten zijn vaak niet openbaar.

Genoegdoening

Bedrijven hebben de verantwoordelijkheid om slachtoffers genoegdoening of compensatie te bieden wanneer zij schendingen hebben veroorzaakt of eraan hebben bijgedragen. De meeste certificeringssystemen voorzien niet in regelingen voor genoegdoening voor getroffenen.  In het uiterste geval kan een certificaat worden ingetrokken, maar dit leidt niet per definitie tot genoegdoening. Wel is he topnemen van een klachtenmechanisme soms onderdeel van het certificeringssysteem.

 

Fairtrade is een voorbeeld van een systeem dat in veel gevallen verder gaat dan andere standaarden en dat daarnaast ook aanvullende programma’s heeft ontwikkeld. Fairtrade heeft bijvoorbeeld niet-onderhandelbare prijsvoorwaarden en een klachtenmechanisme opgenomen in haar certificeringssysteem. Ook werkt Fairtrade met een ontwikkelmodel dat, naast audits, gebruikmaakt van verbeterplannen, multistakeholderprogramma’s en andere ondersteunende activiteiten.